Eigenlijk had ik helemaal geen plannen om naar het voor mij onbekende Rennes te gaan. Ik had mijn zinnen gezet op Saint Malo. Dat plaatsje zag er op de foto’s zó leuk uit met z’n historische centrum omgeven door oude stadsmuren. Daar wilde ik wel een paar dagen vertoeven, dacht ik… Maar helaas was er in Saint Malo geen geschikte accommodatie beschikbaar in de periode dat vriend V en ik er wilden slapen. Als alternatief kozen we voor Rennes; de relatief onbekende hoofdstad van Bretagne. En dat bleek een goede zet. Want er is niet alleen genoeg te doen in Rennes (en er omheen), het is ook gewoon een fijne stad om te zijn.
1. Stadwandeling door het historische centrum van Rennes
Het historische centrum van Rennes is relatief compact en bevindt zich grotendeels ten noorden van het riviertje La Vilaine dat van oost naar west door de stad loopt. Niet dat je ‘m in het centrum goed kan zien, want hij loopt onder de Place de la République en de naastgelegen parkeerplaats door. Rennes is een levendige stad waar je prima doorheen kan dwalen. Onderweg kom je verschillende leuke pleintjes vol terrasjes en mooie oude vakwerkhuizen uit de 15de tot 17de eeuw tegen.
In de straatjes achter de kathedraal vind je veel oude vakwerkhuisjes.
2. Tour Duchesne en de Portes Mordelaises
Rennes was in de middeleeuwen – toen de hertogen van Bretagne er zetelden – geheel ommuurd. Resten van deze muur zijn nog te zien in het westen van de stad. Langs Square Hyacinthe Lorette bijvoorbeeld waar je één van de oorsponkelijke torens – de Tour Duchesne – vindt. Vanaf de Tour Duchesne loopt de stadsmuur door naar de Portes Mordelaises. Deze mooie middeleeuwse toegangspoort bestaande uit een poortgebouw met twee torens en een ophaalbrug vormde vroeger dé entree naar de stad.
3. Cathédrale Saint-Pierre de Rennes
Eenmaal door de toegangspoort is het een korte wandeling naar de Cathédrale van Rennes. Leuk om te weten is, dat de hertogen van Bretagne vroeger dezelfde wandeling maakten voor ze in de kathedraal gekroond werden. De huidige Cathédrale Saint-Pierre de Rennes dateert grotendeels uit de 18de eeuw, maar sommige delen zijn (veel) ouder. Van buiten ziet de façade van de kerk met z’n twee torens er misschien niet bijzonder uit, maar van binnen is ‘ie zeker de moeite waard om te bekijken. Dat geldt ook voor de Treasury waar je – naast veel gouden voorwerpen – een houten altaarstuk uit de 15de eeuw kunt zien. Kijk het bijbehorende filmpje en verwonder je….
Aan de voet van de kathedraal vind je het gezellige Bistrot Cocagne. Inclusief fijn terras en een voor Franse begrippen ruime bierkaart.
4. Marché des Lices
Vanaf de kathedraal kan je doorlopen naar Place des Lices waar twee markthallen staan. Deze zijn meestal gesloten, behalve op zaterdagen. Dan wordt hier van half 8 ’s ochtends tot half 2 ’s middags een grote markt gehouden. Deze Marché des Lices, waarvan de ongeveer 250 kraampjes zich tot ver om de markthallen uitstrekken, is één van de grootste van Frankrijk.
Houd je van verse lokale producten – vis, vlees, kaas, groente, fruit – dan is een bezoek aan deze markt een must. Maar ook als je helemaal niet van plan bent iets te kopen, dan is het een feestje om hier rond te lopen en de geuren en kleuren in je op te nemen. Met het Franse gekwetter op de achtergrond voel je je hier heel erg op vakantie…
5. De grote pleinen van Rennes
Loop je verder het centrum in dan vind je van noord naar zuid drie pleinen. Ten eerste Place du parlement de Bretagne, met het statige oude parlementsgebouw waar nu de rechtbank in huist. Vervolgens kom je op Place de la Mairie, waar je aan de ene kant het gemeentehuis en aan de andere kant de Opéra van Rennes ziet. En tot slot kom je uit op Place de la République met daaraan het Palais de Commerce. Dit is wat mij betreft het minst mooie plein van de drie.
Op het kleine Place de Coëtquen – tegenover Place de la Mairie – staat een fontein van Claudio Parmiggiani met een afgehakt hoofd erin. Leuk kom even langs te lopen…
6. Het Jacobijnenklooster
In het noordelijk deel van het centrum staat het voormalig Jacobijnenklooster. In dit enorme 14de-eeuwse bouwwerk is tegenwoordig een congrescentrum gevestigd. Ook vind je hier de Office de Tourisme van Rennes. Tegenover het voormalig klooster staat een mooie kerk met een lange naam: Basilique Notre-Dame de Bonne Nouvelle de Rennes.
7. l’Hôtel-Dieu
Als je aan de noordkant het centrum uitloopt, kom je bij het voormalig ziekenhuis l’Hôtel-Dieu. In dit enorme gebouw uit 1858 is sinds 2019 The Roof & Origines gevestigd. En als je voor het pand staat en denkt: ‘Zal ik wel naar binnen gaan…’. Zeker doen! Origines is een microbrouwerij en bistro waar je wat kunt eten en drinken (waaronder erg lekker zelfgebrouwen bier). Dat kan je doen in de daartoe bestemde zaal, maar ik raad je aan een plekje te zoeken in de prachtige binnentuin, waar ’s avonds een extra bar opengaat.
Verder vind je in l’Hôtel-Dieu 1200 vierkante meter klimplezier voor jong en oud. Er is een grote ruimte voor volwassenen en een zaal speciaal voor kinderen van 3-9 jaar. En vergeet vooral niet even door de brede gangen met hun prachtige vloeren en gezellige zitjes met rode bioscoopstoelen te lopen. Het is jammer dat het gebouw maar beperkt toegankelijk is.
Deze ontzettend fijne plek is er trouwens maar tijdelijk. Tot het gebouw een nieuwe bestemming krijgt…
8. Parc du Thabor
Ben je de stad een beetje zat, dan loop je aan de oostkant van het centrum zo het Parc du Thabor in. Werp – voor je door het hek gaat – even een blik in de Notre-Dame of Saint-Melaine. Deze kerk uit de veertiende eeuw is één van de overblijfselen van het klooster dat hier vroeger stond.
Parc du Thabor – genoemd naar een berg in Israël – was vroeger de (moes)tuin die bij het Klooster van Saint-Melaine hoorde. Halverwege de 18de eeuw kwamen de tuinen onder toezicht van het stadsbestuur van Rennes en werden daarmee algemeen toegankelijk. En dat zijn ze nog steeds. Het is een heerlijk afwisselend park om doorheen te lopen. En met een oppervlakte van meer dan tien hectare kan je ook wel even vooruit. Parc du Thabor is gedeeltelijk aangelegd in de Franse stijl en gedeeltelijk in een Engelse. Je vindt er grasveld om te chillen, maar ook bosachtige delen. Er is een speeltuin, een volière en naast de Orangerie vind je een groot terras onder de bomen waar je heerlijk kunt zitten. Helemaal achterin vind je wat mij betreft het mooiste deel van het park; een grote botanische tuin en een bloementuin. In juli – toen ik er was – stonden zowel de rozen als de dahlia’s nog volop in bloei.
9. Piscine Saint-George
Ten zuiden van Parc du Thabor staat het prachtige Piscine Saint-George. Als ik erlangs loopt, valt de bijzondere art-deco architectuur me op. Het gebouw dateert uit 1926 en staat sinds 2016 op de Franse lijst met historische monumenten. Jammer genoeg is het zwembad niet open, want ook van binnen is dit zwembad spectaculair. Je vindt er talloze mozaïeken en glas in lood ramen. En dan de symmetrie en het kleurgebruik…
Kortom, mocht je in de buurt zijn en het zwembad is open, probeer dan zeker een blik naar binnen te werpen. Of koop een kaartje en bekijk het gebouw op je gemak. Zelfs als je niet van plan bent te gaan zwemmen is dat volgens mij de moeite waard…
10. Wandelen naar Plage d’Apigne
Als je een leuke wandeling wilt maken, dan kan je vanuit het centrum van Rennes langs La Vilaine naar het westen lopen. Als eindpunt kiezen wij Plage d’Apigne, een strandje aan de meren van Apigne (Etangs d’Apigne). Vanuit het centrum is dat zo’n 12 kilometer heen en terug. In eerste instantie loop je door de buitenwijken van de stad; soms oud, dan weer heel nieuw. Je komt daarbij ook langs Roazhon Park, het voetbalstadion van Stade Rennais Football Club. Vlak na het stadion steek je de rivier over via een klein bruggetje en wandel je over een zandpad verder langs het water.
Al snel kom je langs Le MeM, een festivalachtig terrein langs het water met houten tafels en bankjes van onder andere pallets, kratten etc. Een vrolijke plek met lampjes, muziek en veel volk. En een fijne plek om iets te eten of te drinken, bij te kletsen met vrienden en misschien ook wel om te dansen tijdens optredens. Een aanrader als je ervan houdt. Als we verder lopen, passeren we de ingang van Jardin 564; een plek voor graffiti, streetart, muziek en een drankje. Jammer genoeg is Jardin 564 niet open, want het is geen zondag.
Plage d’Apigne is bijna leeg als we er aankomen. Maar aan de vele mensen die nog huiswaarts keren te zien – het is al half 10 ’s avonds – is het er druk geweest. Als je je zwemkleding meeneemt, dan kan je er na je wandeling een verfrissende duik nemen, want dit strand is een prima plek om tijdens warme dagen verkoeling te zoeken (je kunt er ook met de auto komen).
Voor de afwisseling kan je er op de terugweg voor kiezen het bruggetje bij Roazhon Park niet over te steken en aan de andere kant van het water verder te lopen. Dat geeft je een ander perspectief op een stuk dat je al gelopen hebt en je komt langs Ecluse du Comte; een sluisje met een schattig huis ernaast.
11. Tussen centrum en station
Als je vanaf de Place de la République verder naar het zuiden gaat, loop je via leuke straatjes het centrum uit. En zo kom je in de wijk die tussen het centrum en het Centraal Station van Rennes ligt. Een wijk met veel nietszeggende stenen gebouwen zoals het theater, de bioscoop en cultureel centrum Les Champs Libres en kale betonnen pleinen. Niet ver daar vandaan ligt een weinig uitnodigend winkelgebied – Centre commercial Colombia – in dezelfde stijl. Echt geen aanrader.
Kom je met de trein naar Rennes, dan kan je de direct omgeving van het station rustig overslaan en direct doorlopen naar het centrum.
En tot slot… Saint Malo
Hoewel helemaal happy in Rennes, was ik nog steeds heel benieuwd naar Saint Malo. Dus gingen we er een dagje heen. En eerlijk, Saint Malo is een ontzettend leuk stadje, met een spannende geschiedenis waar je de overblijfselen nog goed van ziet. Maar, daardoor is het ook enorm toeristisch. En relatief klein vergeleken bij Rennes. Prima voor een dag, maar ik ben toch blij dat het niet gelukt is daar een accommodatie te vinden…