Als je vier kinderen hebt, kun je – uitgaande van twee volwassenen – niet meer met elke ‘gewone’ auto toe. Je hoeft natuurlijk niet direct in een Fiat Multipla te stappen, maar de wagens worden er niet sportiever op naarmate er meer koters in moeten. Toen de eerste zomervakantie met vier kinderen zich aandiende, leek zelfs onze behoorlijk burgerlijke Opel Zafira met zeven zitplaatsen niet meer afdoende om alles en iedereen te vervoeren. Vind naast die vier kleine en twee grote mensen maar eens voldoende plek voor koffers, eten, dozen speelgoed en spelletjes, een kinderwagen, een barbecue en een tent met alle toebehoren. En dus drong het sluimerende idee van een vakantie met de camper zich weer op…
Dan maar een camper
We hakten de knoop door: er moest een campertje komen. Een lang gekoesterde wens zou daarmee in vervulling gaan. Maar wat bleek, alle advertenties die we vervolgens zagen, waren van campers die verkocht werden wegens gezinsuitbreiding. Natuurlijk zagen we ook wel dat de Volkswagen T1 – die hippiebus met dat kekke dubbele voorraam, nog altijd het summum als het om campers gaat – veel te klein is om een groot gezin te herbergen. Gelukkig maar, want een verroest karkas van deze oerbusjes kost al een slordige 11.000 euro. Gereviseerd en gerestaureerd moet je toch eerst de Staatsloterij gewonnen hebben eer je er eentje kunt aanschaffen. Maar de suggestie dat je niet meer met een camper op vakantie kan als je meer dan twee kinderen hebt, ging er bij ons niet in.
Verkneukelen
Na lang speurwerk vonden we – de wereld is klein – in onze eigen straat een goede T4. De eerste Volkswagen-bus met een neusje. Inclusief hefdak, volledig functionerend keukentje en zonder serieuze schade. Na een testrit en een check door de garage besloten het erop te wagen. Ondanks het feit dat ook deze bus in de verkoop stond vanwege gezinsuitbreiding. Toegegeven, je kunt maar met vier mensen in dit kleine huisje slapen. Maar dat zagen wij niet direct als een belemmering; ze zet er gewoon een tent aan of naast. Anderhalve maand later gingen we dan ook voor het eerst op vakantie met de camper. We parkeerden op een camping aan de Loire in Frankrijk en verkneukelden we ons om de verwonderde blikken van de overige campinggasten die zichtbaar stonden te tellen hoeveel kinderen en volwassenen uit de bus kwamen rollen. In totaal bleven we drie weken in Frankrijk en vermaakten we ons uitstekend.
Op basis van onze ervaringen in Frankrijk, kan ik met zekerheid zeggen dat het ontzettend leuk is om zelf een camper te hebben en ermee op vakantie te gaan. Maar het hebben van en reizen met een camper heeft ook zeker nadelen. De vier belangrijke pluspunten zijn wat mij betreft:
1. Ruimte
Ondanks vier kinderen, kun je zo ongeveer ongelimiteerd huisraad meenemen als je met een camper op stap gaat. Inslaan dus die pakken hagelslag en potten pindakaas. Ook tafels, stoelen, fietsen en zowel binnen- als buitenspeelgoed kunnen gemakkelijk mee. In elk hoekje en gaatje van de bus is wel iets weggestopt en dan nog hebben we vrij uitzicht door het achterraam. Neem je, zoals wij doen, een speciale bustent mee, dan heb je op de camping ook nog eens een handige opslagplek voor al die spulletjes terwijl je zelf onderin de camper je bedje uitgespreid hebt.
2. Altijd je huis bij je
Het is heerlijk om met je huis op pad te zijn. Je hebt alles bij de hand. Koude drankjes in de koelkast bijvoorbeeld. Bovendien zijn we zo weg; de inventaris zit standaard in de camper net als de tent en de slaapspullen. En vinden we het onderweg ergens leuk, dan parkeren we de camper voor een wandeling of een picknick. Of we zoeken de dichtstbijzijnde camping als we langer willen blijven. Alles kan en niks moet, terwijl het altijd vertrouwt voelt in onze eigen omgeving.
3. Contact
Veel meer dan een gewone auto, spreekt een camper tot de verbeelding. De camper is een soort natuurlijk gespreksonderwerp. Mensen die er één gehad hebben, mensen die er ooit één willen kopen, mensen die als kind met hun ouders in de camper op vakantie gingen en mensen die het niks vinden maar wel reuze benieuwd zijn naar onze ervaringen. Als we ergens aankomen, is er altijd wel iemand die in de camper een aanleiding ziet voor een praatje. Door de camper hebben we vaak snel contact met locals en met andere vakantiegangers.
4. Vakantiegevoel
Op de één of andere manier voelt het reizen met een camper anders dan met een gewone auto. Niet alleen omdat je in een camper hoger zit en dus een ander uitzicht over je omgeving hebt (ook leuk voor de kinderen). Maar ook omdat wij ons normaal gesproken in de auto verplaatsen. Dus associeren we de camper met vakantie en krijgen we direct een vakantiegevoel als we in de camper stappen.
Zijn er geen nadelen aan het hebben van of reizen met de camper? Natuurlijk wel. Ik noem er vier:
1. Kosten onderhoud
Wij hadden de Staatsloterij niet gewonnen, dus we kochten een occasion. Lees: een oud barrel dat al heel wat dienstjaren achter de rug had. We hebben daarom behoorlijk moeten investeren om ‘m op de weg te houden. Zo zit er een nieuwe motor in en is onze camper voorzien van een nieuwe laklaag. Om van de reguliere onderhoudskosten nog maar niet te spreken. Maar eerlijk gezegd is dat ook weer een charme (als je er tenminste geld voor over hebt of zelf heel handig bent). Want zelf bezig zijn met het onderhoud voelt een beetje als vakantie.
2. Extra vaste lasten
Neem je, zoals wij, een camper voor erbij, dan heb je dus twee auto’s voor de deur staan. Dat is ook twee keer wegenbelasting, twee keer verzekering, twee keer een parkeervergunning en twee keer onderhoud. Gelukkig is die camper als tweede auto in de eerste drie kostenposten goedkoper dan de gewone wagen. Maar toch…
3. Altijd met je hele huis op stap
Zojuist nog een voordeel, maar het is een medaille met twee zijden. Je bent altijd met je hele huis op stap. ’s Ochtends broodjes bij de bakker in het dorpje verderop halen? Opstaan allemaal! Voor elk wissewasje moet de camper in orde gemaakt worden om op pad te gaan. Een alternatief is het meenemen van fietsen, waardoor je ook brood kunt halen zonder iedereen uit de camper te hoeven bonjouren. Onze camper heeft in ieder geval een fietsenrek achterop.
4. Groot en lomp
Onze T4 is bepaald geen bakbeest in het land der campers. In Nieuw-Zeeland reden we er met eentje rond die zeker anderhalf keer zo groot was. Maar groot of relatief klein, niet iedereen is even handig met een camper (ik bijvoorbeeld). Probeer er maar eens mee in te parkeren of door nauwe dorpsstraatjes in Frankrijk of Slowakije te manoeuvreren. En dan heeft die van ons ook nog eens geen stuurbekrachtiging…
Dus bezint eer ge begint aan het kopen van een camper. Weeg de voor- en nadelen goed tegen elkaar af. Huren kan natuurlijk ook! Een ding is zeker… Eenmaal op vakantie met de camper, is vakantiepret gegarandeerd.
2 comments
Hoe gaan jullie met 4 kids op de achterbank? Bij ons is met 2 kinderstoelen al bijna geen plek voor een 3e kind.
Wij laten onze twee, lees jongen en meisje van 7 mnd en 2,5 jaar, boven slapen. Hoe deden jullie dat?
Hi Ruth, wij hadden 1 kind voorin en drie kinderstoelen op de achterbank. En wij hadden 6 slaapplekken: twee boven (de oudste twee kinderen, we hadden een speciaal bedhekje gekocht dat je onder het matras schuift zodat ze er niet zomaar uit konden), twee beneden (ik en de baby) en twee in de bustent (apart slaapcompartiment, ex en de derde).